Producten coderen en traceren? Stickeren!

Was die gele room van vandaag, of gisteren? En wanneer is dat pak gepasteuriseerd ei geopend? Als je precies weet wanneer je producten hebt  gemaakt of verpakkingen hebt aangebroken, voorkom je verspilling, en waarborg je de voedselveiligheid. Met datumstickers maak je het jezelf gemakkelijk: dat heet ook wel coderen. Dus wil je producten coderen en traceren? Stickeren!

In de horeca gebruikt iedereen ze: datumstickers die aangeven op welke dag een product is gemaakt of geopend. In de bakkerij worden ze minder toegepast. Het doel van de stickers is het borgen van de voedselveiligheid. Je ziet meteen wanneer iets is gemaakt en tot wanneer je het product nog mag verwerken of verkopen. Daarnaast borgen de stickers een onderdeel van de tracering van de producten. Als bakker ben je volgens de algemene levensmiddelenverordening verplicht om één stap voorwaarts en één stap achterwaarts te traceren.

Wat betekent één stap voorwaarts en achterwaarts traceren?

  • Eén stap achterwaarts: je weet welke goederen wanneer en door wie geleverd zijn. Bij een terugroepactie van een leverancier kan je nagaan in welke producten de grondstof is verwerkt en wanneer je die hebt verkocht.
  • Eén stap voorwaarts: je weet wat er wanneer is verkocht en bij zakelijke leveringen weet je ook aan wie. Bij een terugroepactie moet je de klant informeren, de goederen eventueel terughalen en producten uit de voorraad verwijderen.

Hoe codeer je?

Coderen betekent dat je producten voorziet van een datum:

  • Je plakt een sticker met de productiedag op het product. Of je geeft met een markeerstift aan op welke dag het product bereid is. Zo weet je dat je het product de volgende dag nog kan verwerken en verkopen.
  • Geef bij bederfelijke producten als slagroom of gepasteuriseerd ei de openingsdatum van de verpakking aan. Zo weet je tot wanneer je de producten mag gebruiken.
  • Plaats je producten in de vriezer? Dan weet je altijd wanneer je de producten hebt gemaakt en kan je de producten First in First out (FiFo) uit de vriezer halen. Je gebruikt het oudste product met de kortste houdbaarheid als eerste.

Gebruik van gecodeerde producten

  • Ga bij de opstart van de productie na of er nog restanten zijn van de vorige dag.
  • Beoordeel deze restanten sensorisch (kijken, ruiken en pas als laatste proeven). Dan weet je zeker of deze nog verwerkbaar zijn.
  • Bij twijfel over de kwaliteit gebruik je de restanten niet.
  • Meng geen restanten met verse producten. Je kan dan namelijk de houdbaarheidstermijnen niet garanderen.
  • Gecodeerde producten die de houdbaarheidstermijn hebben overschreden, gooi je weg.

 

Wil je meer weten over coderen en traceren?

Of het nu is op het gebied van personeelszaken, juridisch, financieel/fiscaal of vakmanschap: onze adviseurs geven je graag persoonlijk advies. Gericht op jouw onderneming en jouw situatie.

Het hele artikel lezen?

Wachtwoord resetten